Wat kennen en kunnen voor economie examen vmbo in 2024

✅ Een gratis account geeft je toegang tot meer video nabesprekingen van oefenexamens

Wat moet je precies weten voor je economie examen op het vmbo in 2024?

Wat je precies moet kennen en kunnen voor het economie examen op vmbo (TL, BB en KB) wordt beschreven in de syllabus, die is opgesteld door het college van examens. 

Om niet te veel en niet te weinig te leren is het goed dat je de syllabus erbij houdt als je leert. De online examentraining van de Economie Academy is op de syllabus gebaseerd. In de online training staan uitleg-video’s, oefenexamens en video’s waarin examens stap voor stap worden nabesproken overzichtelijk per examendomein gesorteerd. De online examentraining is het survival pakket voor je economie examen in mei van dit jaar. Klik hier als je meer wilt weten over de online examentraining, het survival pakket voor je economie examen!

De theorie die je op het centraal examen economie voor vmbo moet kennen (en moet kunnen toepassen) is ingedeeld in de volgende examendomeinen:

  • Leervaardigheden in het vak economie;
  • Consumptie, consumentengedrag, basis geld en bankwezen, budgettering;
  • Arbeid en productie, produceren en het bedrijfsleven;
  • Overheid en bestuur;
  • Internationale ontwikkelingen;
  • Verrijkingsstof;

We nemen deze examendomeinen even stuk voor stuk met je door waarbij we de moeilijke taal uit de syllabus voor zover mogelijk hebben vereenvoudigd. We hebben er meteen om je te helpen ook een paar handige uitleg-video’s bij gezet.


Leervaardigheden in het vak economie

Je kan vaardigheden toepassen die bijdragen tot de ontwikkeling van je eigen leervermogen en je vermogen met economische vaktaal te communiceren en onderzoek te doen.

  • 1 economische verschijnselen beschrijven en / of verklaren;
  • 2 economische vragen herkennen;
  • 3 informatie over economische verschijnselen, ontwikkelingen en vraagstukken verwerken en onderzoeken;
  • 4 een standpunt bepalen over een economische vraag;
  • 5 rekenvaardigheden toepassen op economische relaties.




Consumptie, consumentengedrag, basis geld en bankwezen, budgettering

Je hebt inzicht in het consumentengedrag: zoals keuzes, behoeften, inkomen. En je hebt inzicht in de functies van het geld, lenen en sparen en kan dit inzicht toepassen.

Je kan, met het oog op je rol van consument:

  • bij verschillende vormen van consumeren de keuzeproblemen beschrijven, die zich daarbij kunnen voordoen door schaarste van middelen en tijd;
  • de eigen positie als consument vergelijken met die van anderen;
  • aan de hand van voorbeelden factoren beschrijven die van invloed zijn op veranderingen in het eigen consumentengedrag in de loop van de tijd
  • aan de hand van voorbeeld en het belang van geld voor de economie en de huidige vormen van het betalingsverkeer beschrijven:
  • motieven voor en gevolgen van sparen en lenen noemen
  • aan de hand van consumenteninformatie een voorgenomen koopbeslissing beoordelen
  • aan de hand van verzamelde of verstrekte consumenteninformatie, gegeven een aantal criteria, een beargumenteerde koopbeslissing nemen:
  • uit een gegeven huishoudbudgetplan conclusies trekken over de financiële situatie.




Arbeid en productie, produceren en het bedrijfsleven

Je hebt inzicht in aspecten van het producentengedrag zoals kosten, opbrengsten, winst, toegevoegde waarde, arbeid, arbeidsverdeling, arbeidsproductiviteit, werkgelegenheid, werkloosheid en kan dit inzicht toepassen.

Je kan, met het oog op je rol in relatie tot arbeid en productie:

  • aan de hand van voorbeelden uit het bedrijfsleven het verband leggen tussen de begrippen kosten, opbrengsten, winst en verlies en berekeningen in dit verband maken;
  • aan de hand van voorbeelden de samenhang verklaren tussen de begrippen arbeidsverdeling, arbeidsmotieven, arbeidsproductiviteit, productiecapaciteit, economische groei, crisis, recessie, welzijn en welvaart;
  • aan de hand van een voorbeeld economische aspecten van betaalde en onbetaalde arbeid beschrijven;
  • oorzaken en gevolgen van geregistreerde en verborgen werkloosheid aan de hand van voorbeelden noemen;
  • aan de hand van voorbeeld en mogelijkheden tot bestrijding van werkloosheid noemen;
  • in verschillende situaties van productie beschrijven dat zich keuze problemen voordoen in de afweging van kosten tegenover baten in engere zin en in de afweging van maatschappelijke kosten en baten




Overheid en bestuur

Je hebt inzicht in de sociale, economische en financiële functies van de overheid en kan dit inzicht toepassen.

Je kan, met het oog op zijn rol als burger:

  • aan de hand van voorbeelden de functies van de overheid in de Nederlandse economie beschrijven;
  • aan de hand van voorbeelden uit het eigen dagelijks leven overheidsontvangsten en overheidsuitgaven noemen en beschrijven;
  • aan de hand van voorbeelden de verschillende vormen van sociale zekerheid beschrijven.




Internationale ontwikkelingen

Je hebt inzicht in internationale economische betrekkingen zoals Nederland als open economie, de Europese Unie, ontwikkelingsproblematiek en kan dit inzicht toepassen.

Je kan, met het oog op je rol als burger:

  • 1. aan de hand van voorbeeld en uit het eigen dagelijks leven het belang van het buitenland voor de Nederlandse economie beschrijven;
  • 2. aan de hand van voorbeeld en uit eigen dagelijks leven het belang van de Europese Unie en Europese Monetaire Unie beschrijven:

– de lidstaten van de Europese Unie (EU) en van de eurozone (EMU);

– vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal.

  • 3a. oorzaken en gevolgen van onderontwikkeling in ontwikkelingslanden noemen en de invloed van internationale handel op de welvaartsverdeling in de wereld beschrijven:

– de welvaartsverdeling in de wereld blijft ongelijk;

- langzame groei van de welvaart in de ontwikkelingslanden, (economische groei);

- snelle groei van de welvaart in de rijke landen.

  • 3b. oorzaken en gevolgen van welvaartsverschillen tussen rijke en arme landen beschrijven:

– de oorzaken van de welvaartsverschillen tussen rijke en arme landen zijn bijvoorbeeld:

- lage wereldmarktprijzen

- de invoerrechten van de rijke landen

– de gevolgen van de welvaartsverschillen tussen rijke en arme landen zijn bijvoorbeeld:

- de immigratie in de rijke landen

  • 4. maatregelen en (eigen) activiteiten beoordelen op hun bijdragen aan de verkleining van de welvaartsverschillen op wereldniveau:
  • 5. de werking verklaren van maatregelen om onderontwikkeling te verminderen en de rol van de overheid en particulieren daarbij beschrijven.




Verrijkingsstof

Je hebt inzicht in de achtergronden van:

  • – de ontwikkeling van het begrotingstekort en de staatsschuld;
  • – de systematiek en uitgangspunten van loon- en inkomstenbelasting;
  • – de oorzaken en gevolgen van de waardeverandering van geld;
  • – de prijscompensatie als middel om koopkrachtverlies tegen te gaan.

Je kan:

  • 1. ontstaan, ontwikkeling en vermindering van het begrotingstekort en de staatsschuld beschrijven;
  • 2. de systematiek van loon – en inkomstenbelasting beschrijven;
  • 3. oorzaken en functies van inkomensverschillen beschrijven;
  • 4. de werking van de instrumenten die de overheid heeft om inkomensverschillen te beïnvloeden uitleggen;
  • 5. oorzaken en gevolgen van de waardeverandering van geld beschrijven;
  • 6. prijscompensatie beschrijven als middel om koopkrachtverlies tegen te gaan;
  • 7. markten en marktvormen;
  • 8. Nederland als georiënteerde, sociale markt Economie versus een volkomen vrije economie of een planeconomie.



Je bent goed bezig geweest! Weet je nog niet precies hoe je de voorbereiding op het examen aan wil pakken? Check dan de online examentraining met alles wat je nodig hebt om te slagen voor economie. Klik op de onderstaande link. 

Meer info over de online examentraining *

* Gebruik kortingscode "examen-bedrijfseconomie" voor €5 korting